maandag 12 oktober 2009

Van Bergen, Meren en Wouden...

Wederom gegroet, beste lezer, voor een van de laatste keren, op deze blog die jullie up to date moest houden van onze avonturen. Enfin, tis al bijna een maand geleden dat ik nog iets gepost heb, dus er valt weer heel wat te vertellen! Jeroen's blog staaft de verhalen weer met zalige foto's !

De laatste drie weken van het veldwerk zijn vlot voorbijgegaan. Jeroen was goed op tijd klaar met zijn wetlands te karteren, waardoor we ons de twee laatste weken volledig op het termietenheuvels meten konden storten. Dat kwam heel goed uit voor mij, we hebben stevig doorgewerkt en heb een pak data dat nu ligt te wachten op analyse. Die gaat wel nog even op zich laten wachten tot we terug in België zijn, want wij hadden andere plannen met de resterende tijd in Oeganda dan weeral achter de pc te kruipen... Een greep uit mijn dagboek :

Donderdag 1 oktober
Met echte veldwerk achter de rug, was het nu tijd om terug te keren naar Kampala, de hoofdstad, van waaruit we nog 2 weken avonturen zouden gaan beleven en de laatste formaliteiten afhandelen. Op de weg erheen passeerden we Lake Mburo National Park, een niet te missen kans om de enige zebra's en impala's van Oeganda te zien ! We trakteerden Sam en Bahat, onze driver en tolk/assistant op een safari doorheen de bosrijke savanne rond het meer. We reden een beetje verloren, maar dat kon de pret niet bederven, er was genoeg te zien onder de stralende hemel ! Lake Mburo is zeker zo mooi als Queen Elisabeth, ook al zitten er geen leeuwen ! We scheurden vervolgens in één ruk door naar Kampala. Meteen viel me op wat ik niet gemist had: Het lawaai, de stank, de drukte en de verkeersellende. Ik was dan ook heel blij toen we eindelijk door de stad ons oude, vertrouwde Kagoma guesthouse bereikten. Het was een prettig weerzien met de staff, die ons graag zagen komen. Na 7 weken in het veld te zitten, leek de place met haar stromend water, elektriciteit, betegelde badkamer met koude douche en doorspoeltoilet wel een 5-sterren hotel ! Chips & eggs smaakten nog nooit zo goed ! We bombardeerden onze kamer tot basecamp/puinhoop voor de komende dagen. De laatste twee weken beloofden flink wat avontuur in petto te hebben...

Weekend van 2/10
We spendeerden vrijdag nog een dag in Kawanda Research Institute in Kampala om alles af te ronden en mijn 150-tal bodemstalen af te wegen en en zakskes te krijgen. Klotewerkske, maar wel in een dag geklaard ! Nu maar hopen dat we onder onze bagagelimiet blijven met die 15 kg bodem extra en een berg souvenirs...
Zaterdag gingen we de vier grote supermarkten af die Kampala rijk is om de laatste inkopen te doen voor de komende week, en gewoon omdat het leuk is om nog eens in zo een westerse place te kuieren tussen al die spullen! 's Avonds maakten we onze rugzak gereed voor een week trekken rond Fort Portal, een major tourist hub voor het westen van het land. Vroeg ons bed in was de boodschap, want zondag zaten we al om 7u in de matatu richting central bus terminal. De bus waar we op geduwd werden zag er even belabberd uit als ze klonk en de rijdende schroothoop rammelde bijna uit elkaar. Miljaar eh, we hadden ons weer in het zak laten zetten ! Toen het vehikel uiteindelijk dan toch vertrok (bussen vertrekken hier gewoon als ze vol zijn ipv op vaste tijden), bleek onze vrees terecht. nog geen 100km van de 300 afgelegd, of het gevaarte kwam onder hels kabaal en hevige trillingen langs de kant van de weg tot stilstand. We lieten ons niet lang ontmoedigen en kropen in een passerende matatu, die de snelste (en meest roekeloze) bestuurder tot nog toe had, waardoor we toch nog tijdig in Fort Portal geraakten. Wat een begin, dacht ik nog, maar het kan erger, zo zou blijken. Met een boda-boda (motortaxi) reden we meteen door naar Kazingo, vanwaaruit we een zware tocht over de Rwenzori-foothills zouden ondernemen naar Bundibugyo, een stadje dicht tegen de grens met Congo. We zouden gebruik maken van de Bwamba-pass, een eeuwenoud pad dat nog steeds door heel wat (bijzonder fitte) locals gebruikt wordt, ook al bestaat er nu een (om)weg rond de bergen. Onderweg wouden we slapen in Kighomu, waar een campsite zou zijn volgens onze Bradt-gids, die blijkbaar niet meer helemaal up to date was... Om te beginnen liep de pass nu door Nationaal park, wat betalen betekende en een hoop papierwerk en oponthoud. Alsof dat nog niet genoeg was, wilden de rangers niet meer dat we naar Kighomu zouden gaan die dag. Een serieuze streep door de planning ! Toen we hoorden dat het omwille van vriendjespolitiek ging tussen een andere campsite en de rangers, negeerden we hun advies en vertrokken toch, met een lokale gids onder de arm. Helaas, het mocht niet zijn. De rangers hadden lucht gekregen van onze ongehoorzaamheid en haalden ons even voor valavond in, waar ze een heuse scene maakten en onze gids intimideerden met hun AK 47's. Daar konden wij niet mee lachen en het kwam tot een verhitte discussie. Die mannen permiteerden zich nogal wat buiten hun grondgebied. In feite hadden ze niks te zeggen, maar aangezien we de volgende dag door hun park moesten, zochten we toch maar naar een compromis. We werden gered door de uitbater van de bedoelde campsite, die ons -met het nodige papierwerk-veilig zou houden voor de nacht. Heel het gedoe maakte dat we de laatste loodzware beklimming in het donker moesten afleggen, maar we haalden het en zaten dus alsnog op schema... Het enige wat hier wel ontwikkeld is, is de bureaucratie !

Maandag 5 oktober
We zetten de klim over de bergen vroeg in de ochtend verder. De Rwenzori's bij zonsopgang aanschouwen vanuit ons tentje was een mooie beloning voor de beproeving van de vorige dag. De campsite-uitbater fungeerde eveneens als gids en samen met ranger Richard ( een betere dan de twee heethoofden van de vorige dag) trokken we doorheen de noordelijke arm van Rwenzori Mountains National Park. De vegetatie in de bergen is gezoneerd. tot zo'n 2500m bestaat het uit bergregenwoud, compleet met aapjes en machtige bomen. Sjieke planten en magnifieke vergezichten over het in dikke mist gehulde dal zorgden voor de nodige wauw-momenten. Op de top bereikten we de bamboo-forest. Ik waande met plots in Azie, omgeven door de overmaatse, armdikke en boomhoge mikadostaven zover het oog kan zien. Machtig. Eens over de top, kon het afdalen door het bergregenwoud weer beginnen. Aan deze kant kwamen dikke wolken de berg opgerold, wat zorgde voor een echt nevelwoudeffect, Gorilla's in the mist was niet veraf... De mystieke sfeer en de complete rust van deze plek zal me nog lang bijblijven. Eens uit het park baanden we onze weg doorheen velden en weides, doorspekt met huisjes van de locals, die soms wel vreemd opkeken van die wandelende rugzakken. De laaste afdaling naar Bundibugyo was zwaar en lang, en uitgeput zochten we een onderkomen voor de nacht. Een korte weliswaar, want om 4u 's ochtends zou de bus alweer richting Fort Portal vertrekken en wij zouden erop zitten...

Dinsdag 6 oktober
De hele dag lag nog voor ons, en we besloten eens iets anders te doen. we namen onze intrek in de exotic lodge en ruilden onze rugzakken voor een dag in voor fietsen, om op "push-bike safari" te gaan. Waar die naam vandaan kwam werd snel duidelijk. de ijzeren vehikels die we huurden van locals zijn log en loodzwaar met maar 1 zware versnelling, waardoor ze alleen op vlakke stukken of bergaf bereden kunnen worden. de rest van de tijd loop je er al duwend langs... Het was gelukkig niet ver tot 'Amabeere caves' letterlijk vertaald borstengrot. De stalachtieten in de vorm van vrouwenborsten, koeienuiers en hondentepels gaven de aanleiding voor een locale mythologie die verdacht veel lijkt op die van Oedipus (maar dan zonder het trouwen met zijn moeder gedeelte). De grotten stelden niet zoveel voor, maar de machtige waterval en het kleine stukje paradijslijke jungle errond maakten de trip meer dan de moeite waard ! We genoten van het rustdagje en kropen savonds na een overheerlijke pizza voldaan onder de wol. Dat mijn matras naar pis rook, moest ik er maar bijnemen voor slechts €1,3 pppn...

Woensdag 7 oktober
Dat de Kasenda Crater Lakes een touristische bestemming zijn, wordt snel duidelijk aan het enthousiasme waarmee de lokale kids in de dorpen hun enige engels bovenhalen. "Howareyou" gevolgd door "Giva me money!" is eerst aandoenlijk, maar wordt na enige tijd vervelend tot ronduit storend, zeker als ze u blijven achtervolgen. Langs de andere kant begrijpelijk, ook al zijn we naar westerse normen arme backpackers, in hun ogen puilen die reusachtige bulten op onze rug ongetwijfeld uit van het geld, dat we maken met onze eigen machine (zoals iedere blanke er een heeft, de bron van onze westerse rijkdom). Dit soort fabeltjes geloven sommige dorpelingen blijkbaar echt, wat ons niet echt geloofwaardig doet overkomen als we beweren dat we geen geld hebben. (Oh ja, en we trouwen blijkbaar ook met onze zussen, wat meteen verklaart waarom alle blanken op elkaar lijken...)
De tocht ging van Rweteera naar Mahoma falls. we wisten niet goed wat te verwachten, maar dit beest van een waterval was beyond all expectations. De reusachtige watermassa kwam onder luid gebulder en geschuim naar beneden gerold over dikke rotsblokken, door een lint van groene jungle. We genoten van de scenery en het was leuk om eens weg te zijn van al die negers altijd ! toen de zon een beetje was afgenomen kwamen we uit ons miniparadijs om een stukje terug te wandelen naar lake Lyantonde, waar we overnachten op een campsite die nog in de opbouw was, maar desondanks al heel mooi en verzorgd, op een heuveltop aan de rand van een meer. We bouwden een echt kampvuur om onze noedels op te koken en onze vermoeide knoken wat rust te gunnen. Onweer vulde de lucht overal rond ons, maar als bij mirakel bleven we droog. Die sjance zou echter niet blijven duren de volgende dag...

Donderdag 8 oktober
Het voordeel van regen is dat het u verlost van muggen en vervelende locals, die blijkbaar van suiker gemaakt zijn. Maar het soort stortbui dat ons even voorbij Kabata overviel was zelfs geharde avonturiers als ons teveel. We schuilden onder ons veel te kleine bashke, en bleven al bij al behoorlijk droog, op onze voeten na, die de rest van de dag en een stuk van de volgende doorweekt zouden blijven. Desondanks waren we fit genoeg om nog 10km aan onze tocht vast te breien en in een ruk Kibale Forest Natural Park te doorkruisen. Via de autoweg weliswaar, maar dat maakte het zicht er niet minder op, integendeel, we zagen heel wat aapjes, bavianen,vogels en ik ving zelfs een glimp op van een jonge Chimpansee ! En dat helemaal gratis ! Betalen zou pas voor de volgende dag zijn, wanneer we echt het bos in zouden gaan. Bij valavond bereikten we moe maar tevreden Safari Rest Camp, waar we ons tentje opsloegen en genoten van een heerlijk avondmaal en een welverdiende nachtrust. Na een stevig ontbijt (en een forse rekening) liepen we terug over de enige weg het woud door, richting headquarters voor een Nature Walk. De rangergids wist verdacht veel te vertellen over planten met afridisiac werking. Hele mooie tocht, weeral helemaal anders dan het regenwoud in Bwindi of op de Rwenzori, maar toch met diezelfde mystieke sfeer van een eeuwenoud oerwoud vol machtige woudreuzen en kronkelige lianen. Een zicht dat ik gewoon niet beu kan worden. Na de wandeling genoten we opnieuw van de vele aapjes en vogels langs de weg om aan de rand van het bos te stoppen bij Chimpansee guest house & campsite. We waren te moe om nog verder te lopen, en daar waren we niet rouwig om toen we de plek te zien kregen. prachtige, bijna botanische tuin met vers gemaaid gras en warme douches. Wat een luxe ! Ons tentje stond er niet alleen, en voor het eerst sinds lang waren we weer onder de blanken. We genoten het grootste deel van de volgende dag nog van de mooie tuin, het lekkere eten, het prachtige uitzicht over het regenwoud, de hangmat en de toiletten, alvorens mee te liften op een gammele pick-up terug naar Fort Portal, van waaruit we de zondagochtend terug naar Kampala zouden rijden. Ik sliep in hetzelfde goedkope guesthouse, maar wel op een andere matras deze keer. We lieten ons ook geen twee keer vangen en kozen voor een beter ogende bus, die ons zonder problemen in no time tot Kampala bracht. Nu het einde van ons verblijf in zicht komt, wordt het hoog tijd om ons eens te laten gaan in de vele souvenirwinkeltjes die de stad rijk is om wat volstrekt overbodige, doch noodzakelijke souvenirs op de kop te tikken. Het gevaar van goedkope prulletjes is dat ge zoveel koopt dat ge toch veel geld kwijt zijt. Maar ach 't is vakantie !

Zo weer volledig up to date ! De komende week heeft een iets minder ambitieus schema, maar een driedaagse safari naar Murchinson falls en een dagje raften op de Nijl beloven toch een mooie afsluiter te worden van een geslaagd verblijf. Ik weet wel dat ik heel blij ga zijn wanneer ik eindelijk op die vlieger zit maandagavond. Hoe mooi Oeganda ook mag zijn, there really is no place like home...


Tot gauw !

dinsdag 15 september 2009

Onlust in Kampala, Wij in de Jungle !

Gegroet beste lezer !

De titel zegt alles, voor zij die het via via ergens gehoord moesten hebben, er waren de afgelopen dagen serieuze rellen in de hoofdstad, omwille van een conflict tussen de centrale regering en 1 van de oude koninkrijken. Aanhangers van de koning van Buganda schopten keet en staken auto's en winkels in brand. De politie reageerde met traangas en scherp geschut, met een twintigtal doden en aardig wat schade tot gevolg. Wij volgden het nieuws vanop een veilige afstand, Mbarara ligt in het Ankole koninkrijk, waar de royalisten op betere voet leven met het centraal gezag. Hier was dus niets te merken van enige onrust, en maar goed ook, want we hadden dit weekend een uitstap naar Kibale forest gepland. De boog kan immers niet altijd gespannen staan, en met zowel onze driver als onze tolk afwezig hadden we toch niks beters te doen. Maar ! Omwille van de rellen, was het verkeer naar Kampala geblokkeerd, en kon Sam niet naar huis dit weekend. Vriendelijk als we zijn namen we hem met plezier op sleeptouw. Enfin, hij nam ons eigenlijk, want de project vehicle (een beest van een Nissan 4x4 3.0 tdi ) stond nu ter onzer beschikking om ons te voeren waarheen we maar wilden ! De plannen werden snel gewijzigd en in de plaats van Kibale besloten we naar Bwindi impenetrable national park te gaan. Dit eeuwenoude woud herbergt 1 van de laatste twee populaties berggorilla's op aarde. Een bezoek waard zodus en met de Jeep vormde de onbereikbaarheid geen probleem meer! De gorilla's kregen we niet te zien ( daar moet ge 500 dollar voor tellen ), maar we zagen wel hun recente sporen en voedselresten, op zich toch al spannend genoeg en binnen ons budget. We zagen wel aapjes en andere beesten, zelfs termietenheuvels ! Op zich was het als bosbouwstudent al een ongelooflijke ervaring om eindelijk middenin een echt regenwoud te staan. Een jongensdroom die eindelijk in vervulling is gegaan. kleine paadjes kronkelden temidden de kathedraal van hout, mos en bladgroen en voerden ons naar een prachtige serie watervallen. Ik kon het niet laten en nam een frisse douche onder het zuiverste water. Een bezoek dat we niet snel zullen vergeten... Voor foto's, kijk zeker eens op www.jeroeninoeganda.blogspot.com !

De volgende dag reden we in een ruk door naar Queen Elisabeth National Park, een gigantische oppervlakte aan bos, savanna en meren. Ongelooflijk hoe het landschap op zo'n korte afstand van immernat regenwoud naar droge savanne kan overslaan. Uganda is echt alles in een als ge te weinig tijd hebt om het hele continent te bezoeken. De foto's op Jeroen zijn blog spreken denk ik voor zich, we hebben een pracht van een weekend achter de rug. Leeuwen en hyena's zaten er ook, maar lieten zich helaas niet zien. Gelukkig is er nog een half dozijn nationale parken dat nog bezocht moet worden ! Maar eerst nog 3 weken goed doorwerken. Het veldwerk wordt ook niet verwaarloosd, voor hen die die indruk zouden krijgen, we zitten goed op schema en gaan zeker niet met lege handen thuiskomen. Maar geef toe, het is leuker te lezen over rellen en nationale parken dan over termieten en moerassen...

Tot gauw, het aftellen kan beginnen!

zaterdag 5 september 2009

Gegroet beste lezers,

Na een dikke week van heuvels beklimmen, moerassen karteren en termietenheuvels opmeten in het Bujaga bekken was de tijd rijp om te verhuizen naar het veel grotere Koga swampsystem. Een goeie 30 km ten noorden van het ons intussen vertrouwde Buteraniro strekt de Koga-arm zich als een dikke vlakke slang uit over een afstand van meer dan 20 km, temidden van golvende heuvels tjokvol koeien en bananen. We zijn hier nu 3 nachten en het valt op hoe veel dingen op zo een korte afstand helemaal kunnen veranderen. (nu ja, in belgie kunnen dingen over een afstand van 30km ook wel compleet verschillen in de buurt van de taalgrens, maar toch...).

Om te beginnen is er onze accomodatie. We kregen van de vriendelijke (en niet altijd even nuchtere) sub-county chief van Kashaari een van de staff quarter huisjes toegewezen nabij zijn administrative centre. Dit "complex" ligt op een mooie heuvel op een landweggetje net buiten Bwizembwira, het handelscentrum waar we onze dagelijkse benodigdheden halen, zonder last te hebben van zwaar vrachtverkeer, zoals in Buteraniro. Ons huisje is ook dik cava, we zitten hier naar lokale normen heel mooi en rustig. Elektriciteit en stromend (regen)water staan ter onzer beschikking op de bureau van de chief, die we na ons veldwerk overdag vrij kunnen gebruiken voor ons bureauwerk. Allemaal dik in orde dus. Kijk zeker op Jeroen zijn blog voor de nieuwe foto's die hij er op heeft gezet om een idee te krijgen van waar we wonen en wat we doen in het veld! Dan is er het veldwerk zelf wat hier een pak diverser zal worden dan in de Bujaga het geval was. Alles is hier veel grootschaliger; Het moeras zelf, de landerijen, de dorpjes, de termietenheuvels,... Ik ontdekte de eerste 2 dagen al 2 nieuwe soorten ! Heel boeiend allemaal, maar we gaan flink mogen doorwerken als we heel dit gebied op tijd in kaart willen brengen! Wat de resultaten betreft, schieten we aardig op, Ik hoop alleen dat alle ruwe data die ik hier verzamel ook wat gaat opleveren na analyse. Maar hoe dan ook is het super leerrijk en interessant om hier elke dag rond te dwalen en in een pickup over veldbaantjes te knallen, dwars door de dorpjes, over de heuvels tot in het moeras ! Het handelscentrum is groter, maar hier hebben ze precies toch nog veel minder met blanken te maken gehad ! Net of ge een rockster zijt, zo bezien die mannen u als ge over straat loopt! De kleine kindjes zijn het meest aandoenlijk, als ze staan te springen van plezier om hun eerste "Mzungu" die ze zien... Mijn harige uiterlijk en korte broek dragen ook niet echt bij tot mijn integratie, al heeft het zo zijn voordelen om er als Jezus uit te zien in een oergelovig land als Uganda. Het moet gezegd dat de mensen heel behulpzaam zijn, en oprecht vriendelijk. Het is helemaal niet zo dat ze u als een wandelende portefuille aanklampen ofzo, al zal mijn sjofele look daar ook wel voor iets tussen zitten...

We eten nog steeds elke dag ongeveer hetzelfde, smorgens chapatti (pannenkoek), smiddags matooke (kookbanaan) met bonen, savonds indien mogelijk frieten met ei en anders weer chapatti of matooke. Echt gek dat die mannen zo weinig inspiratie hebben wat hun dagelijkse kost betreft. Het is echt een verademing om zoals vandaag in Mbarara een goeie spaghetti binnen te spelen. Deze streek is de food basket van Uganda en elke vierkante meter is omgezet in weiland of bananenplantage. Ongelooflijk hoe hoog de landdruk hier is, helemaal niet in line met het beeld van Afrika dat ge hebt met veel ongebruikte grond, savannes en bossen. Uganda heeft met 3.3% per jaar bijna de hoogste bevolkingsgroei ter wereld en dat laat zich nu gelden in nakende land- en voedselschaarste. Fruit, melk en vlees dat vroeger overvloedig en quasi gratis was, wordt nu stilaan onbetaalbaar. Het einde hiervan is nog niet is zicht, maar belooft niet veel goeds voor dit prachtige land, dat zoals zovelen haar natuurlijke rijkdommen aan sneltempo aan het verslinden en degraderen is. Land en Bos to the rescue ! Jeroen en ik doen wat we kunnen om deze problemen in kaart te brengen... wordt vervolgd !

zondag 23 augustus 2009

adres + fotos

We hebben in ons dorpje een postbus gehuurd, dus voor degenen die ons
iets willen sturen kunnen dat doen naar:

PO box 08
Buteraniro
Mbarara
UGANDA

Jeroen heeft op zijn blog nog heel wat mooie nieuwe foto's gezet by
the way, zeker eens kijken op www.jeroeninoeganda.blogspot.com dus !

Mbarara, Heart of Ankole

Gegroet ! Ondertussen zitten we al een dikke week in Zuid-West Uganda,
waar het echte veldwerk nu eindelijk van start zal gaan. Deze regio
was in pre-koloniale tijden beter gekend als het Ankole koninkrijk,
waar de inwoners een pastorale cultuur bedreven, vergelijkbaar met die
van de Masaai. Getuige hiervan zijn de uitgestrekte weilanden en de
vele koeien die de streek rijk is. Ankole cattle is een zeer typisch
koeienras, mager, met kleine uiers en belachelijk grote horens. Echt,
een olifant zou zich schamen in het bijzijn van een volwassen stier!
Klimatologisch gezien is Uganda een heel variabel land, en deze regio
maakt deel uit van de Cattle corridor, een langgerekte drogere strook
waar koeien kweken de grootste landbouwactiviteit is. Waar het
graaslang vroeger communaal was, worden tegenwoordig meer en meer
weides afgegrensd met hagen, waardoor het hier meer en meer een
boccagelandschap begint te lijken, zoals we dat in Vlaanderen gewend
zijn ! Het hart van de regio is Mbarara Town. Op dit moment wonen we
in Buteraniro, een klein handelscentrum op een dikke 30km van Mbarara.
Onze verblijfplaats is alvast dik in orde. Het project waar we deel
van uitmaken, huurt er een klein 'rijhuisje', 2 betonnen kamers met
een golfplaten dak, maar naar Afrikaanse normen proper en ruim ! We
hebben zelfs elektriciteit en stromend (quasi drinkbaar) water is
slechts 20 m verwijderd! Wat een luxe ! Het enige wat er stond waren
twee bedden, maar we vulden de inboedel al snel aan van her en der met
matrassen, muggennetten, een salontafel, 2 stoelen, wasbakken en
jerrycans. Een waterkoker maakte het compleet. De lezer merkt terecht
op dat we hier erg goed maken ! De buren zijn allemaal even
vriendelijk en eentje ervan, Emanuel, kan heel goed engels en bleek
een grote hulp bij het inburgeren. Het Afrikaanse leven begint al
aardig te wennen. Onze knokkels raken langzaam vereelt van het
handwassen, de stank van de latrines stoort al niet meer zo hard, Het
eten wordt nu goed verteerd en de mensen kijken al niet meer zo raar
op van "the bazungu", de blanken.

Het enige wat niet echt went is dat beruchte Afrikaanse ritme. Alles
heeft hier immers de neiging om veel langer te duren dan nodig is.
haast en spoed is blijkbaar voor niks goed ! Alle voorbereidingen
liepen door omstandigheden dan ook de nodige vertragingen op, waardoor
we nu nog altijd niet aan het echte veldwerk bezig zijn ! De komst
van onze proffen bracht wat schot in de zaak, en de twee dagen die ze
met ons in het veld doorbrachten waren tegelijk zeer leerrijk en erg
plezant. Vol goede moed en voldoende knowhow om eraan te beginnen,
wachten we nu ongeduldig op de komst van Joshua, onze begeleider, die
nog een aantal noodzakelijke dingen zal meebrengen, waaronder de Jeep
! Uiteraard heeft hij weeral een week vertraging opgelopen, waardoor
we gedwongen zijn om het op eigen houtje te klaren hier, tot hij komt.
Morgen gaan we zelf van start ! Gelukkig is Bahat er nog (zijn naam
betekent letterlijk "good luck"), deze field assistant is een erg
betrouwbare en vriendelijke kerel met een motorfiets, die ons de
komende tijd goed uit de nood zal helpen ! Jeroen en ik hebben
besloten om ons veldwerk te combineren. We gaan dus tegelijk zijn
wetlands karteren en mijn termieten samplen, waarbij we elkaar steeds
kunnen assisteren. Omdat we in hetzelfde gebied actief gaan zijn, zal
dat onze efficiëntie ten goed komen, en dat wordt toch wel het
sleutelwoord van de komende weken, willen we nog genoeg tijd over
houden om het land een beetje te verkennen !

Speaking of which, in afwachting van de komst van Joshua hebben we al
een voorsmaakje van het prachtige landschap hier gekregen ! In een
zotte bui besloten we er voor een paar dagen op uit te trekken met de
rugzak en de tent. Destination : Lake Bunyonyi, ongetwijfeld een van
de mooiste plekjes van het land. Kijk zeker eens op
www.Jeroeninoeganda.blogspot.com voor de foto's ! We maakten een
wandeling dwars over de heuvel tussen Kabale en het meer, die ons via
kleine wandelpaadjes door kleine dorpjes naar de kano van Brian
leidde, een lokale timmerman die ons voor een kleine beloning
overzette naar een van de vele Idyllische eilandjes. Byooni Amagara
was de naam van het kampement op het eiland. We mochten er onze tent
neerpoten en we genoten van een douche in open lucht, heel veel
vogeltjes, zonsondergang in het meer en heerlijk eten op het mooie
terras. Echt de moeite. De volgende dag vertrokken we richting Kizisi
falls, een heel mooi plekje in the middle of nowhere, op een kleine
omweg terug naar Buteraniro. We kwamen pas in het donker aan in de
lokale guesthouse, waar we wegens regen en duisternis kozen voor een
cottage ipv de tent. We konden het niet beter treffen. In een
centerparksachtige ronde bungalow met alles erop en eraan genoten we
van een streepje luxe (lees: WC met bril en douche met warm water)
terwijl we genoten van het bliksemspektakel buiten met het gebulder
van de waterval op de achtergrond. De overvloedige regen van die nacht
maakte de waterval nog veel indrukwekkender. We maakten een korte
wandeling rond de 30m hoge klif, die qua uitzicht echt kon tellen. het
werd echter hoog tijd om te vertrekken, wouden we Mbarara nog bereiken
die dag. Ik had immers nog een filmpje te posten voor Dries en
Katrien, die op dat moment voor het altaar stonden ! Bleek dat niet
eens zo eenvoudig te zijn. Bij gebrek aan taxi's in dat gat, zat er
niks anders op dan de 20 km tot de hoofdweg wandelend/liftend af te
leggen, om vandaaruit een taxi terug naar huis te nemen. De wandeling
was wederom de moeite, maar time was against us ! Gelukkig kwam er een
truck vol gasflessen voorbij waar we op mochten kruipen. Niet meteen
de veiligste cargo om op te zitten, maar hij reed verassend
comfortabel en het uitzicht was fantastisch! In no time bereikten we
de weg, waar bleek dat die helemaal tot Mbarara moest ! Wat een
meevaller, het filmpje is nog net op tijd op zijn bestemming geraakt !
Eind goed al goed, al smaakt dit korte uitstapje naar veel meer. Goed
doorwerken de komende weken dan maar ! Wordt ongetwijfeld vervolgd !

zaterdag 8 augustus 2009

Bananenrepubliek

Uganda is zonder twijfel de grootste bananenrepubliek ter wereld. In de letterlijke zin van het woord welteverstaan. Naast de grootste consument is het tevens de grootste producent van bananen wereldwijd. Er worden meer dan 50 verschillende variëteiten geteeld, opgedeeld in 4 klassen. De gewone banaan die wij kennen is hier de 'sweet banana', uitsluitend als desert genuttigd. Daarnaast bestaat er ook een kleine zoete 'apple banana', ideaal als snack. Blijven nog over de bakbananen en de kookbananen. Deze laatste is veruit het meest vertegenwoordigd. Ook gekend als 'Matooke' vormt dit het basisvoedsel voor zeer veel Ugandezen. Traditioneel worden de bananen groen geplukt, geschild en vervolgens gekookt in bananenbladeren. Het resultaat wordt gepureerd en warm geserveerd. Qua smaak heeft het meer weg van witte bonen dan van banaan, ze bevat dan ook veel meer zetmeel en minder suiker dan diegene die wij gewoon zijn. Voedzaam, dat wel, maar smaakvol niet echt.
Een typische Ugandese maaltijd bestaat steevast uit Matooke, vergezeld van rijst, 'Posho' (soort deeg van maïsmeel), sweet potatoes (die veeeel lekkerder zijn dan de onze ! heeft wat weg van gepofte kastanje !) en voor de liefhebbers nog wat kool, cassava of pompoen. Met een keuze uit de voorgaande dingen wordt een goed bord gevuld. Dit wordt vergezeld van een soepbord met keuze uit een soort soepsaus van bonen, vis, vlees of pindasaus. De vis wordt in zijn geheel gekookt en in mootjes gehakt; als ge pech hebt krijgt ge de kop of de staart op uw bord (De locals eten op de graten na álles op, vel inclusief. Voor de ervaring heb ik eens een oog en een kieuw gegeten, maar kwas er nie zo gek van). Als vegetariër ben ik meer dan tevreden met de bonen en vooral de pindasaus, die echt heerlijk smaakt (zoals die van de chinees !). Ik ben trouwens echt blij dat ik hier geen vlees eet, als ik zie hoe de slagers hun vlees gewoon in de openlucht (27°C) hebben hangen, tot groot plezier van de vliegen. Zelfs Jeroen houdt het bij bonen hier, die behalve lekkerder, ook nog eens veel goedkoper zijn dan vlees of vis. Vaak hebben we hier met ons twee samen gegeten voor zo'n 5000 Ugandese Shilling (€2,7), coca-cola inclusief !
De energetische waarde van zo'n maaltijd is volgens mij echt enorm. Na de lunch hebben we vaak een half uurke nodig in de schaduw om te bekomen. Verhongeren zullen we hier alvast niet doen, ik vrees alleen dat 3 maanden dezelfde kost op den duur toch gaat vervelen. De inboorlingen lijken hier geen last van te hebben, en schuiven de matooke zowel smorgens, smiddags als savonds met veel smaak door hun strot. Gek, want veel smaak heeft hun eten nie echt. Ge zou denken dat al die Indiërs die hier wonen die mannen wat kennis over kruiden zouden hebben bijgebracht, maar op wat curry na, is de Oost-Afrikaanse keuken erg flauw. Dit in groot contrast met de maaltijden in West-Afrika, die voor ons bijna nie te eten zijn, zo pikant.
'sMorgens eten we ofwel brood, dat erg lijkt op dat van ons, ofwel een 'Chapatti 'uit het vuistje. Dit laatste lijkt erg op de pannenkoek van bij ons, maar is dus eerder een ontbijt dan een dessert. Ze keken dan ook raar op toen ik suiker op de mijne strooide. De chocopasta wordt hier met pinda gemaakt in plaats van hazelnoot, en is dan ook niet zo lekker als onze nutella! De lokale honing en ananasconfituur smaakt dan weer wel op de boterham.
'sAvonds schaft de pot ofwel weer brood, ofwel gaan we onder in de bar fritten met omelet eten. Dat had ik niet verwacht hier te zullen eten! Toegegeven, ze kunnen nog veel van ons leren (Hun frieten een tweede keer bakken bijvoorbeeld!), maar deze combinatie heeft ons al vaak weten te bekoren. Mijn cholesterol swingt waarschijnlijk de pan uit als ik zoveel eieren blijf eten.
 
Wanneer we de bananen en de eieren beu zijn, vinden we in Kampala city gelukkig wat afwisseling onder de vorm van een Indische rijstschotel, een Injera in een Ethiopisch restaurant of zelfs een pizza of hamburger in een heuse fastfoodtent ! Wat de vitamientjes betreft, tropisch fruit is er overvloedig en goedkoop te krijgen in kraampjes langs de weg of op de markt. Mango, avocado, papaja, passievrucht, ananas, watermeloen, alles passeert de revue, het een al wat lekkerder dan het ander (De avocado's waren echt smerig !).
 
Ondertussen zijn we bijna klaar voor de grote verhuis van de hoofdstad naar Mbarara, zo'n 400 kilometer naar het zuid-westen. Die streek is zowat de voorraadkast van het land, veel van de Matooke en het fruit dat we in kampala vinden, komt vandaar, wat het daar nog goedkoper zou maken. Daarnaast is de streek vanouds rijk aan koeien, waarover later meer. We kunnen nie wachten om hier te vertrekken, de verkeerschaos en het lawaai van de stad in te wisselen voor de rust van het platteland. Bovendien kan het veldwerk dan echt tegoei beginnen !
 
I'll keep you posted !

dinsdag 28 juli 2009

Foto's !

Internet is hier nie wat we thuis gewend zijn, zelfs email checken is soms te veel gevraagd. De downloadsnelheid wordt gedeeld over veel gebruikers hier, vandaar. De uploadsnelheid daarentegen gebruikt bijna niemand, waardoor het jeroen gelukt is aardig wat foto's op zijn blog te zetten. Neem dus zeker ook een kijkje op www.jeroeninoeganda.blogspot.com, waar je ook zijn reisverhaal kan lezen !
 
groeten !